Column Beurskens: De weg van het midden
Een jonge kloosterzuster komt bij me op het spreekuur. Ze heeft hevige pijn in de rug. Op de foto’s is niets te zien. Fysiotherapie helpt niet. Stevige pijnstillers doen helemaal niets. Ze verlichten zelfs geen klein beetje. ’s Nachts doet ze geen oog dicht en vaak zit ze te huilen van de pijn. Ik voel wel aan waar de schoen wringt. Een keer ging ik al over de schreef door iets in de richting van een psychische oorzaak te suggereren. De Duitse dokter die spuiten gaf en modderbaden voorschreef wist het veel beter. Alleen wordt hij nu niet meer vergoed door het Nederlandse ziekenfonds.
De zuster doet me denken aan Sibille. Haar man is jaren geleden na een lang ziekbed overleden. Zij verzorgde hem thuis. Eén van haar kinderen heeft kanker. Een zoon is aan de drugs. Toen hij een keer uit de gevangenis was, stal hij haar geld en haar slaappillen. Sibille heeft best redenen om teleurgesteld te zijn in het leven. Toch is ze dat niet. Het lijkt wel of tegenslagen haar juist blijer hebben gemaakt. Zij vindt dat ze er goed moet uitzien en maakt veel werk van haar vriendinnen. Ze houdt van mooie dingen. Het leven zal háár er niet onder krijgen. En ze zal het nog leuk vinden ook.
De zuster komt bij een biechtvader die heel streng is. Ik heb veel werk aan die biechtvader. Waarschijnlijk doet ze precies wat hij zegt en nog wat extra ook. Zij meent dat ze het voor elkaar heeft. Haar wereldbeeld is af. Alleen dan die afgrijselijke pijn in de rug.
Sibille weet dat totale zekerheid in dit leven niet te bereiken is. Geen systeem, zelfs niet het kloosterlijke, krijgt dat voor elkaar. Geen systeem is sluitend, anders was er ook geen plaats voor geloof en hoop. Ieder mens moet toch zijn eigen pad door de jungle kappen. Echte ascese is dan de kruisjes te aanvaarden die op je weg komen. En als je dat niet blijmoedig kunt dan toch tenminste manmoedig zegt Thomas à Kempis. Het is niet nodig daar nog veel bij te maken. Je moet je missie in dit leven proberen te vinden en te vervullen. Dat kost al moeite genoeg. Zelfs de kloosterroeping is er voor geluk in dìt leven. Het leven haten en op het einde willen incasseren is een fatale vergissing. Het is de fout van de Manicheeërs en de Katharen. Dit komt dus in het groot voor in de geschiedenis van de kerk, maar in het klein ook in een mensenleven. En het loopt altijd slecht af. Sibille weet dat dit leven in al zijn betrekkelijkheid zin heeft. Houden van de schepping mag niet alleen, het moet zelfs. Iets maken van het schijnbaar vluchtige en het vergankelijke, het schijnbaar zinloze. De Schepper heeft juist zin gegeven aan iets wat voor de mens die denkt geen zin heeft. Waarheid is schoonheid en schoonheid is waarheid aldus John Keats.
De Boeddha leerde al de weg van het midden. Een luit met te slappe snaren en één met te strakke snaren klinken allebei vals zei hij al. Daar moet ik aan denken als ik de keiharde rugspieren van de zuster navoel. Nu maar hopen dat ze haar gelofte van gehoorzaamheid ook serieus neemt. Maar die geldt niet voor de dokter zei me ooit een religieus.
Reacties
Reageren is uitgeschakeld voor dit bericht