Druk op enter om de resultaten te tonen of ESC om te annuleren.

Jan van Avesaath, in memoriam bij zijn uitvaart

Donderdag, 17 februari 2022

Beste mensen,

Als ik ’s avonds laat terug kwam van het werk, dan hoorde ik vaak binnen enkele minuten de poort gaan en dan kwam Jan, … hallou, gooienaovindj. Doe hubs de auto neet aafgesjlaote, woe zien de sjleutels … en dan dronken we nog een glaasje wijn. We hebben ons er vaak over verwonderd hoe Jan zo snel kon weten dat ik thuis was. Van zijn huis is ons huis niet te zien, maar dit is een geheim dat hij meeneemt naar de hemel. 

Jan laat een grote leegte achter bij mij, bij velen, bij Roland, Denise, Richard, Kevin en Jordy. Na de dood van Mariet was het stil om hem heen geworden, want Mariet zorgde voor het sociale leven, maar door zijn moed en optimisme is hij in staat geweest die leegte op te vullen. Hij trok er zelf op uit. Iedereen kent zijn gebogen gestalte zoals hij te voet of op de fiets voortging over de Oudeweg op weg naar Pierre en Beate, of als ze weg waren om de katten te voeren of op weg naar mij, op het land of op bezoek of om te eten. Jan heeft van die laatste jaren wat gemaakt.

Afgelopen jaar had hij moeite met zijn tuin bij ons. Maar enkele voren kreeg hij af per dag en hij was erg blij met Paul, mijn zwager, die hem kwam helpen. De laatste Kerstmis zei hij tegen hem … zit de kersbuim van binne maar op mien sjtuk land, want ich ken ut neet meer. Ook zijn wandelclub op maandag die hem alles was heeft hij moeten opgeven. Anders ging hij bij alle soorten weer mee.

Toen hadden we het kunnen weten, – Jan gaf namelijk nooit op – dat het met hem achteruit ging. Daar kwam vlak voor Kerstmis nog corona overheen waardoor zijn toestand nog veel verder verslechterde. Jan is feitelijk een slachtoffer van corona. 

Zijn laatste aandoening kwam eigenlijk als een verlossing voor Jan. Maar hij heeft gelukkig de verjaardag van pastoor Willems nog mee kunnen maken, vorige week zondag. Zij zouden in dezelfde maand 80 worden. Vorige week maandag heeft hij nog bij mij  gegeten en dinsdags heb ik hem nog aan de telefoon gehad over een afspraak bij pastoor om daar te gaan eten ter gelegenheid van de op handen zijnde verjaardag van Jan zelf. Enkele uren later moet hij die laatste aandoening hebben gekregen. Ik noem deze details niet alleen omdat ze voor pastoor, Dorothé en mij zoveel betekenis hebben maar ook om te laten zien dat Jan zo plotseling uit het leven is weggerukt.

Voor Jan is dit naar menselijke berekening het beste. Een langdurige verpleegopname is hem bespaard gebleven en wij mogen niet egoïstisch zijn, hoe erg we hem ook zullen missen.

Jan heeft een voltooid, maar zwaar leven gehad. Zwaar, door het sluiten van de fabriek bijvoorbeeld, de fabriek van de familie. Gelukkig heeft hij toen toch nog een goede werkkring gevonden, die het hem zelfs mogelijk maakte door de week bij uitvaarten te kosteren in het Woord Gods. Daar zat hij ook in het kerkbestuur, want Jan kon alles met elektrisch, met ijzer. In de buurt van Jan hoefde niemand externe bedrijven in te huren want Jan deed het wel. Als Jan iets maakte ging het nooit meer kapot. Als Jan een offerblok had behandeld werd die nooit meer gekraakt.

De sluiting van het Woord Gods heeft hem erg veel pijn gedaan en het is ook niet netjes gegaan om het zacht uit te drukken. En Jan was een emotionele man, helemaal niet haatdragend, maar emotioneel. Hij kon geen voet meer over de drempel zetten in de Lambertus. En als ik ook al zei … maar Jan. Die miense van toen zien toch allemaal weg. Die sjtein hobbe dich toch nieks gedaon. Dat hielp niet. 

Later heeft hij nog in de kerk van Boukoul gewerkt, maar tenslotte heeft hij als koster weer een warm thuis gevonden hier in de kerk van Asselt en daar is hij erg gelukkig mee geweest.

Jan en Mariet maakten graag uitstapjes, naar de zee, naar Koningbosch waar Mariet vandaan kwam, naar zuster Thea in het klooster. Ook kwam hij vaak in Heppeneert waar hij noveenkaarsen ging halen voor mijn Mariakapel. Of naar Rome en naar Spanje. In Rome hebben Mariet en Jan het heel goed gehad bij de paters, samen met kinderen en kleinkinderen. Voor hen is dit onvergetelijk geweest. Een dierbare herinnering, nog allemaal samen aan een onbewolkte hemel.

In zijn privéleven is het Jan vaak niet voor de wind gegaan. In de laatste fase van haar leven heeft hij Mariet begeleid, maandenlang, zij in een ziekenhuisbed, hij op de bank ’s nachts. Een ziekenhuisopname, dat hoefde nooit. Niet moe werd hij ervan te vertellen hoe Mariet een dag voor haar dood naar het kapelletje op de Heide is geweest samen met Denise om te bidden en een kaars op te steken. De dokter die op de fiets op visite kwam moest haar daar nakomen. En ontzettend veel goed heeft het hem gedaan hoe Denise later vaker nog naar het kapelletje terug is gegaan.

Ik heb Jan vaak bewonderd om zijn engelengeduld en liefde waarmee hij ziekte in zijn familie begeleidde. De eerdere ziekte van Mariet en de handicap van Roland. Hoe vaak is hij niet naar Weert gereden, hoe vaak kwam Roland niet naar Swalmen. En dan de zorgen om zijn kleinkinderen. Ja, voor zijn gezin valt er ook een grote leegte.

Jan was altijd bezig voor anderen. Daar was zijn dag mee gevuld. Voor zichzelf had hij niet veel nodig. Geen geld en goederen en een aangename bijkomstigheid was dat hij niet bang was voor de dood. Hij had wél mensen nodig om zich heen en die zocht hij op en die trok hij aan, want hij zat altijd vol verhalen. Hij was eigenlijk door alles heen een levensgenieter. Aan Jan kunnen wij een voorbeeld nemen. Moge hij in die zin een voorspreker zijn voor ons in de hemel. Een beetje van zijn engagement, moed, geduld en optimisme en wij kunnen ook weer vooruit. Jan is nu tot een dierbare herinnering geworden, maar hij zal altijd in onze gedachten en gebeden blijven voortleven. Zoals er in de aankondiging van zijn  overlijden treffend staat … het was een leven van grote werkzaamheid, altijd opnieuw weer tot weldoen bereid